In 1934 komt Adolf Hitler aan de macht in Duitsland. In die tijd gaat het in Nederland niet goed met de economie. Veel mensen zijn werkeloos. 1 op de 8 mensen hebben geen baan. Ze gaan elke dag met z’n allen de straat op om werk te zoeken. De Nederlandse regering probeert projecten te starten om de werklozen te helpen. Maar veel Nederlanders geloven niet meer in de Nederlandse regering. De Nederlanders willen een nieuwe partij. De NSB. De nationale socialistische beweging. De leider  van deze groep heet Anton Mussert. Hij is een kleine man en daarom is er speciaal voor bijeenkomsten een grote muur gebouwd waar hij op staat. Iedereen wil bij de NSB. Waarom? Deze man had nog helemaal niks voor Nederland gedaan. Voor die vraag moeten we over de grens. Duitsland. In 1934 komt Adolf Hitler aan de macht in Duitsland. In Duitsland ging het ook niet goed met de economie maar Hitler zorgde ervoor, dat het weer helemaal goed kwam. Hij bouwde nieuwe snelwegen en hij zorgde ervoor dat iedereen weer werk had. Iedereen keek vol bewondering naar hoe hij dat deed. De Nederlanders wilden ook zo’n partij; en ze wilden ook, dat het weer goed ging met de economie in Nederland. De NSB leek heel veel op de partij van Hitler. Ze hadden bijvoorbeeld dezelfde vlag. En de NSB’ers groeten elkaar met Houzee en de Duitsers groeten elkaar met Sieg Heil. Ook heeft de NSB de zogenaamde ‘Jeugdstorm’. Dat hebben ze nageaapt van de Hitler jeugd (Jugend). Het is groep van kinderen van 8 tot 15 jaar en er wordt veel gesport, gezongen en gedanst. Als de Duitsers ons land binnenvallen worden alle NSB’ers gevangen genomen door de politie. Ze zijn namelijk bang dat de NSB leden de Duitsers gaan helpen. De NSB’ers worden weer vrijgelaten door de Duitsers. De NSB’ers horen bij de Duitsers. Ook zijn er jongens uit Nederland die in het Duitse leger willen gaan werken; dat zijn maar liefst 25.000 jongens, die dat allen willen, alleen ze weten zelf niet in het begin dat 1 van de 3 jongens zal sneuvelen in de oorlog. Er zijn ook NSB’ers die klusjes doen voor de Duitsers want voor klusjes worden ze beloond. Eerst moesten ze kleine klusjes doen zoals geld inzamelen voor de kinderen in Nederland of de krant van Duitsland verkopen “Volk en Vaderland”. Later werd het erger: de NSB’ers deden mee - en hielpen mee met de Jodenvervolgingen. Of mensen moesten verraden, die iets hadden gedaan om iemand anders in de oorlog te helpen. Steeds meer mensen gingen de NSB’ers haten. Ze werden niet meer gegroet en werden vaak uitgescholden. Als de NSB’ers horen, dat de geallieerden in Nederland komen vluchtten ze naar Duitsland. Die dag heet ‘dolle dinsdag’. Het was namelijk een dag, met heel veel paniek; want de mensen dachten, dat Nederland bevrijd zou worden, maar die bevrijding liet nog 8 maanden op zich wachten. De meeste NSB’ers zijn na de oorlog opgepakt. Je kon verschillende straffen krijgen; het lag eraan, wat je had gedaan. Anton Mussert de leider van de NSB kreeg de allerergste straf, hij werd namelijk doodgeschoten.